De Italianen lachen zich rot. De flessen Prosecco vliegen al jaren de schappen uit en de verwachting is dat dit nog wel even door zal zetten. Was de productie in 2013 al het ongelofelijke aantal van meer dan 300 miljoen flessen, van de oogst van 2018 wordt verwacht dat het zelfs het duizelingwekkende aantal van bijna 600 miljoen (!) flessen bubbels gaat opleveren. Dat is bijna twee keer zo veel als de Champagne, waar naar verwachting 315 miljoen flessen van deze oogst geproduceerd gaan worden. En dan wordt er ook nog gefluisterd over de start van de productie van een roséversie van de beroemde Italiaanse fizz

Al die kleine bubbeltjes…

Prosecco is beschermd, net als Champagne
Dit ‘levenselixer’ Prosecco is voor Noord-Italië wat Champagne is voor Frankrijk en Cava voor Spanje: ’s lands beroemdste bubbel. En net zoals Champagne alleen zo mag heten als het uit de Champagne komt, heeft Prosecco ook een beschermde herkomstbenaming (DOC). Prosecco DOC mag worden geproduceerd in vijf provincies van Veneto en in vier provinces van Friuli.

Omdat Prosecco van de gelijknamige druif is gemaakt, werd er tot een naamsverandering besloten en gaat die druif sinds 2009 als ‘glera’ door het leven. Hoewel dit meer klinkt als een seksueel overdraagbare aandoening dan als een vrolijk druifje, bleek het een slimme zet om de wildgroei van Prosecco tegen te gaan en het kaf van het koren te scheiden. Nu mag de naam Prosecco alleen nog worden gebruikt voor wijn afkomstig uit het aangewezen gebied (alhoewel hij vaak genoeg nog als naam van de druif opduikt).

Drank met status
Conegliano-Valdobbiadene is een uitbundig groene streek waar alles groeit en bloeit, van sappig blozend fruit tot extreem smaakvolle groentes, en vormt met zijn steile heuvels en milde klimaat het ideale microklimaat voor de glera-druif. Prosecco uit het gebied met deze onuitspreekbare naam heeft dan ook zelfs een DOCG status, een stapje hoger nog. Bubbels die van buiten deze DOCG- en DOC-streken komen, mogen dus geen Prosecco heten.

Lekker en kunstzinnig!

De jaarproductie van Prosecco uit de DOCG is zo’n 90 miljoen flessen. Daarvan is 90% Prosecco spumante. De overige 10% is frizzante en nog geen 1% van de productie wordt gebruikt voor stille wijn. Van glera wordt namelijk ook Prosecco tranquillo gemaakt; een stille wijn. Nu vrij zeldzaam, maar zo’n veertig jaar geleden veelvuldig gedronken.

Frizzante en spumante
Prosecco is dus bijna altijd mousserend en meestal gemaakt via de méthode Charmat. Hierbij vindt de tweede vergisting in een roestvrijstalen tank plaats. Een minder arbeidsintensieve methode dan die voor het maken van Champagne, waar de tweede vergisting op fles is. Het eindproduct is dus ook betaalbaarder. Prosecco kan frizzante of spumante zijn. Bij frizzante tref je een licht bubbeltje aan, het gevolg van een relatief korte tweede vergisting. Spumante is afgeleid van het werkwoord ‘spumare’, wat ‘schuimen’ betekent. Deze bubbel moet minimaal drie bar druk hebben. Bij spumantes is er een nog ietwat verwarrende driedeling: van ‘dry’ (de minst droge en dus eigenlijk niet ‘droog’ zoals de term doet vermoeden), naar ‘extra dry’ (de klassieke variant, met 12-17 gram restsuiker), tot ‘brut’ (de droogste).

Krijg je al dorst?

In de winkel kun je ze makkelijk onderscheiden: de spumantes hebben een traditionele Champagnekurk en de frizzantes hebben een kurk met een touwtje eromheen (spago),een schroefdop of soms een kroonkurk. Bewaarwijnen zijn het niet. Kopen en opdrinken dus!

Fruitig, levendig en fris
Generaliserend zou je Prosecco kunnen typeren als: ‘fruitig’, ‘levendig’ en ‘fris’. Het fruit uit zich vooral in geuren en smaken als lentebloesem (vlierbes), citrus, groene appeltjes en soms wat steenfruit. De levendigheid komt door de frivole bubbels, het lichte karakter, en het dartele fruit. De frisheid zit hem in de aroma’s en de sprankelend lichte aard van de wijn. Al met al de perfecte wijn voor een zomerse middag in het park of als binnenkomer bij een feestje.

Eten bij dit Italiaanse gebruis?
Fingerfood natuurlijk! Het frisse van Prosecco maakt hem heerlijk bij handzame happen – die ook nog eens klaar zijn in een handomdraai! Denk aan Prosciutto di Parma, gerookte zalm, geroosterde amandelen of andere noten. Bij gefrituurde hapjes snijdt de Prosecco lekker door het vettige heen. Een wat complexere variant schenk je bij wat complexer eten, zoals vis of witvlees met een romige saus of Parmezaanse kaas. Een klassieke combinatie vormt Prosecco met zeevruchten; logisch met die verfrissende citrus bite! En een rosé Prosecco op een zonnige dag? Het klinkt als een puik plan! Nu nog maar even afwachten of de roze gekleurde Prosecco ook daadwerkelijk gaat komen!

Meer drink, eet en reistips? Volg me gerust!