Champagne bezit van nature zulke hoge zuren dat vaak suiker wordt toegevoegd om de wijn in balans te brengen. De dosering ervan luistert heel nauw. Daarom is de ‘dosage’ (toevoeging van de suiker wordt ‘dosage’ genoemd) niet zomaar een laatste handelingetje voordat de fles klaar is voor de verkoop, maar een smaakbepalend moment.

De Champagnes van toen zijn net suikerspinnen
Traditioneel wordt de dosage gebruikt om de wijn te balanceren, een huisstijl te creëren en de wijn het potentieel te geven om te kunnen ouderen. Veel wordt bepaald door de hoeveelheid suiker die wordt toegevoegd. Tot het eind van de 19e eeuw was deze hoeveelheid suiker nogal veel: meer dan 150 gram per liter! Ja, daarvan ga je stuiteren. Het was Madame Pommery, een van de vele beroemde weduwes uit de Champagne, die in 1879 abrupt brak met deze traditie [hierover kun je meer lezen in het artikel over Pommery onder FEATURES]. De trend naar drogere Champagnes zette sindsdien door en momenteel valt ongeveer 95% van alle Champagnes in de categorie brut. Dit betekent dat er tussen de 0 en 12 gram suiker per liter in mag zitten (eigenlijk tussen de 0 en 15 gram, want de wetgeving staat een afwijking van 3 gram toe).

Wil je de karakteristieke stijl van een huis proeven, kies dan een brut. Het is voor elk Champagnehuis de belangrijkste Champagne en de smaak is constant. Als je dit jaar een brut koopt van wijnhuis X, dan kun je ervan op aan dat als je die weer koopt, hij hetzelfde smaakt.

Meer drink, eet en reistips? Volg me gerust!